Onze collega Christian Goijaarts!
Terwijl wij het 20-jarig bureaujubileum vieren, heeft onze collega Christian Goijaarts zijn eigen feestje. Eind van dit jaar viert hij zijn 10-jarig bestaan van Het Nederlands Tekstbureau in Breda. Voor deze rubriek stelden we hem vijf vragen, waarbij hij onder meer ingaat op zijn eerste ervaring bij HNTB. Een bijzondere, naar zijn zeggen …
Eerst even terug in de tijd. Waar stond jij 20 jaar geleden?
“Toen stond ik vooral veel in de file. Ik werkte destijds als software developer bij Capgemini in Utrecht en ik woonde in Breda. Vooral het asfalt in de buurt van Gorinchem kon ik in die tijd grondig bestuderen. Totdat mijn manager opgetogen meldde dat hij eindelijk een project in Brabant voor mij had gevonden. Waar Boxmeer lag, moest ik even opzoeken en dat had me al moeten waarschuwen. Met die dagelijkse rit van zo’n 250 kilometer kwam het einde van mijn carrière als programmeur snel dichterbij. Codes schrijven bleek ook niet het soort schrijven te zijn waar ik écht plezier in had. Daarom maakte ik in 2002 de overstap naar een baan in de communicatie én in Breda. Sindsdien heb ik me verder verdiept in tekstschrijven en redactiewerk. Ik deed bij waterschap Brabantse Delta onder meer de eindredactie van alle online media en het personeelsblad. Dat paste al veel beter bij mijn jongensdroom om ooit schrijver te worden.”
Vervolgens kwam je bij HNTB: hoe ging dat?
“Rond 2010 realiseerde ik me dat tekstschrijven met stip het leukste onderdeel van mijn werk als communicatieadviseur was. Het duurde even voordat ik de stap durfde te zetten, maar uiteindelijk begon ik voorzichtig één dag in de week voor mezelf te werken. Via een collega kwam ik in contact met Joyce Ketelaars, die bij Het Nederlands Tekstbureau werkte. Een enthousiaster iemand ken ik nu nog steeds niet – en zo waagde ik in 2011 de stap. Na het assessment en de gesprekken met Katja ging in november van dat jaar de handtekening onder de overeenkomst. Per 1 december 2011 was ik officieel tekstschrijver bij het leukste bureau van Nederland.”
Hoe kijk je terug op deze periode?
“Ik ben nog steeds ontzettend blij dat ik de stap heb gezet. Tekstschrijven is mijn favoriete bezigheid en waar kun je dat beter doen dan bij deze professionele én sociale club mensen? Natuurlijk zijn we formeel allemaal zelfstandig ondernemers, maar het voelt alsof we collega’s zijn. We kunnen altijd op elkaar rekenen bij drukte of ziekte en dat is echt geweldig. Voor grote projecten slaan we graag de handen ineen en werken we soepel met elkaar samen.”
Wat vergeet je nooit meer van je tijd bij HNTB?
“Mijn eerste ervaring bij HNTB was meteen heel bijzonder. De inkt van mijn handtekening was amper droog toen mijn kersverse collega Martine de Wit al belde. Zij was bezig met een monsterklus voor een grote opdrachtgever en zocht naarstig naar extra capaciteit. Zo kwam het dat ik al volop aan het werk was, terwijl ik pas twee weken later officieel zou beginnen. Een prachtige start!”
Waar zie jij jezelf over 20 jaar: in 2041?
“Zoals een wijs iemand ooit al zei: taal is zeg maar echt mijn ding. Over 20 jaar hoop ik dus nog steeds volop te kunnen schrijven. In opdracht van anderen en zeker ook voor mezelf. Eind 2020 is mijn eerste boek uitgekomen: ‘Gelukkig is er ook goed nieuws’. Een ontzettend leuk project, dat wat mij betreft absoluut een vervolg gaat krijgen. Het duurde vrij lang voordat ik me realiseerde hoe bijzonder het is om goed te kunnen schrijven. Nu weet ik het zeker: het is een talent én een vak apart. Ik hoop dat anderen en ikzelf nog vele jaren plezier mogen hebben van dat talent.”
Welke 20 woorden wil jij graag aan de lezer meegeven?
“Ontdek jouw talent en ga ermee aan de slag. Wat je met zo veel plezier doet, voelt niet als werk.”